Vandaag is D-day, na maanden aftellen en voorbereiding is het vertrek naar Zuid Afrika / Botswana voor een tiendaagse safari te paard een feit. Om zeven uur vlieg ik vanuit Brussel richting Amsterdam waar om tien uur de aansluiting met KLM naar Johannesburg is. Rond 22 uur lokale tijd (GMT +2) land ik en de Afrikaanse ‘onbekwaamheid’ groet me vanaf ik voet aan bodem zet. De transportband voor de bagage is stuk en na twee uur wachten besluit het luchthavenpersoneel dan een andere band (van de 5 lege) te gebruiken.
300 passagiers moe van een lange vlucht vliegen letterlijk op de bagage wanneer ze bovenkomt. Gelukkig zie ik mijn bagage ook verschijnen en haast ik me naar buiten, uit het mierennest. Jo’burg is de grootste stad van Zuid Afrika en ook één van de gevaarlijkste, dus dan maar het hotelbusje nemen samen met de andere reizigers ipv een taxi…
Een nacht rust in een hotel nabij de luchthaven doet goed en de zon zorgt er voor dat het valiezenverhaal snel verleden tijd is. Tegen 11 uur komt mijn begeleider me ophalen en hebben we een rit richting Waterberg (230 km ten noorden van Johannesburg) voor de boeg. Tijd genoeg om te praten over de diversiteit van Zuid Afrika: de wereld in één land! Bij aankomst rond drie uur in Dinaka Lodge volgen de wow’s en de waw’s zich in een snel tempo op. De lodge (8 kamers) ligt midden in een prachtig natuurgebied van 7000 hectare op een heuvel vlak aan een meertje en biedt een magnifiek zicht.
Het ontpakken van de bagage stel ik uit. Ik wil stante pede de geuren, de kleuren, de geluiden in me opnemen en genieten. Bij een dampende kop thee en een plak ‘home made cake’, maak ik kennis met de andere leden van de internationale groep (voornamelijk Britten en Duitsers).
Ondertussen proberen we de beesten die we in de verte op de vlakte zien te benoemen: de blesbok (met een witte bles), de waterbok (met een witte poep) aan de rand van het meertje en de springbok (het nationaal symbool van Zuid Afrika), die letterlijk de lucht in springt en huppelt.
Om half vijf maken we kennis met de paarden die ons de eerste vier dagen zullen leiden naar onvergetelijke taferelen. En al vanaf de kennismakingstrip is het bingo. Twee sierlijke giraffen kruisen onze weg alsook een groepje bergzebras (die zeer zeldzaam is en herkenbaar aan de strepen die niet doorlopen op hun buik). Van links en rechts komen de geluiden van de savanne op me af. Veel gehoord is het ‘gnou’ van de gnous of wildebeast.
Leuk detail van de trip: als enige Vlaming in het gezelschap kan ik de gesprekken niet alleen in het Duits en het Engels volgen, maar ook in het Sudafrikaans. Grappig hoe de Nederlandse boeren in de jaren 1700 zo een indruk achter gelaten hebben!
Het is me snel duidelijk dat dit geen uitslaap-luilekker-vakantie wordt. Om half zes wake up call en na een heerlijk ontbijt richting stallen waar de paarden reeds gezadeld op ons staan te wachten (de ruiters onder U weten wellicht wat een luxe dit is). Op onze ‘wandeling’ stuiten we op meer dan 20 giraffen in een groep: mannetjes, wijfjes, groot, klein. Ze rekken hun sierlijke hals extra om ons te observeren en als we té dicht komen (lees op 5 meter afstand) galopperen ze gracieus een stukje verder.
Een half uurtje later maant de gids ons aan tot stilte, hij heeft neushoorn sporen gezien en ja hoor, even later staan we oog in oog met een mama neushoorn en haar kroost. Zolang de baby niet groot genoeg is en niet tegen een stootje kan, zondert de moeder zich af. Mijn hart klopt in mijn keel, ze zijn zo mooi heel gevaarlijk. De teugels stevig in de hand om, als het nodig is, op het sein van de gids weg te stuiven. Gelukkig verdwijnt mama met baby in de bosjes en zetten we de wandeling verder. Hier en daar stoppen we om het leven op de grond te bekijken. Mestkevers rollen vlijtig mest waar ze hun eitjes in leggen, ze graven een hol waar het mestbolletje in past en als de kleine kevertjes uitkomen hebben ze onmiddellijk take away food klaargestoomd door de oudjes.
De natuur is overweldigend. De beesten zijn talrijk aanwezig, menig everzwijn, ‘erdvark’ (aardvarkens) kruisen onze weg.
Na een pauze – voor onszelf en de paarden – in de lodge, gaan we opnieuw op weg. We komen aan een groot meer met daar in één van de gevaarlijkste junglebeesten: het Nijlpaard. Het ziet er een erg lomp dier uit, maar een ‘hippo’ kan erg snel zwemmen en is zeer bewegelijk in het water. Als er eentje bovenkomt (hij kan tot 6 minuten onder water blijven) besef ik dat ik lieve niet tussen die reuzentanden zou belanden. Dus fixeren op de hippos en van zodra ze aanstalten maken om onze kant uit te zwemmen, manen we de paarden aan tot vertrek.
Ik kom ogen te kort … Het water, de grond, de bosjes en ook de lucht hou ik nauwlettend in het oog. We observeren een groot arendsnest en in het riet vliegen kingfishers heftig op en neer. De kleuren gaan van felgeel naar helrood, van gloedoranje naar diepblauw. Adembenemend. De gids geeft uitleg over botten en beenderen die wijd verspreid liggen. Ook slangenhuiden tooien her en daar de savanne.
Als kers op de taart zien we een koppeltje struisvogels de nestvoorbereidingen maken. Het mannetje heeft zwarte pluimen, want hij zit ’s nachts op de eieren; het vrouwtje is eerder grijs bruin. Een struisvogel kan erg snel lopen (tot 65 km per uur en hij kan dit gemakkelijk een half uur volhouden) Enne … sorry maar struisvogels steken hun hoofd niet in het zand; bij gevaar kiezen ze liever het ‘hazenpad’.
Moe maar voldaan keren we terug naar de lodge. De eerste safari-te-paard-dag zit er op; ik waan me in een sprookje. Dit is The Lion King in het echt!
Even later hoor ik precies een motorvoertuig, maar ik heb het mis; het is een kraanvogel (ook een nationaal dier van Zuid Afrika) met rode, zwarte en witte pluimen die het geluid maakt van een motor.
Het ontbijt nemen we in gezelschap van een drietal nijlpaarden in het meertje aan de voet van de lodge. Vandaag minder mooi weer; in de ochtend is het nog net te doen om een wandeling onder een bewolkte hemel mee te pikken. En we hebben geluk, we geraken tot op 20 meter van een groepje witte neushoorns (een stier, twee vrouwtjes en een baby – een puber eigenlijk). Het komt er op aan van zeer rustig en in zigzag lijnen op de beesten af te gaan, zodat ze je niet zien als roofdier. Het voordeel van een safari te paard is dat de beesten de paardengeur herkennen en accepteren (deze is veel sterker dan de menselijke geur), dus we geraken extra dicht bij de dieren.
In de namiddag zet de hemel haar sluizen open. Donder en bliksem wisselen elkaar razendsnel (en luid) af. Wist U dat bliksem doodsoorzaak nummer één is van giraffen? Antilopen en impala’s hollen over de vlakte om de beschutting van het struikgewas op te zoeken. Toch niet iedereen is tegen de regen. De kikkers in de vijver aan de lodge geven een uniek kwaak concert. Subliem … ik word er helemaal stil van.
In de late namiddag is het tijd voor een wandeling ‘op eigen benen’. De gidsen laten ons kennis maken met gesteente, planten en mossen. Ook de sporen van hoeven en poten worden uitvoerig uitgelegd. Hier en daar zien we mini felrode spinnetjes de grond uitkruipen. Na de regen komen ze boven en geven letterlijk kleur aan de – anders stoffige, maar nu modderige – savanne. De gidsen maken ons ook attent op de herkenning van verschillende ‘bemesting’, ja ook aan de hand daarvan kan je ‘spoorlezen’. Nu ik moet eerlijk toegeven, de neushoorn-mest is – wegens haar ‘omvang’ – het eenvoudigst van alle andere te onderscheiden!
Het onweer is voorbij en alles ziet er frisser, groener, ‘anders’ uit. We maken ons klaar voor een rit van 7 uren te paard. De uren vliegen voorbij, op galop tussen een kudde gnou’s bezorgt een heerlijk vrij en nooit te vergeten gevoel. Grappige erdvarkens, speelse zebras, nieuwsgierige giraffen, statige secretarybirds, hopen impala’s, bokken van allerlei soort kruisen onze weg.
En dan is er de verrassing: we komen aan een prachtig (na tien minuten observatie) nijlpaard-loos meer en daar heeft de catering een barbecue voor ons voorbereid. Wat een ongelofelijke ervaring! De benen en armen zijn blij met de rust; de magen worden gevuld met de heerlijk Afrikaanse keuken en voor zij die willen is er een ‘spijsverterend’ plonsje mogelijk in het heldere meer. Ik sla over en geniet met volle teugen van de zon, de beesten, de natuur, de paarden …
Deze dag wordt afgesloten met alweer een uiterst unieke ervaring: een rit per 4 x 4 door het park, we komen op plaatsen die te ver zijn om te paard te bereiken. Op het ‘menu’ zeldzame sabelantilopen, buffels, … we zien de botten van een giraf te midden van een vlakte, de gids legt alle halswervels terug op zijn plaats en het lijkt bijna onwezenlijk. Naast de botten ligt een stuk gelooid giraffeleder. Als neusje van de zalm wordt ons een sundowner (aperitief) aangeboden temidden van wel vijftien neushoorns. Sommige collega’s stappen uit de jeep; ik voel me een beetje veiliger in de jeep en nip van mijn glaasje terwijl ik besef hoe mooi de natuur is en hoe klein, kwetsbaar en nietig ik ben, terwijl ik oog in oog sta met een kudde neushoorns.
Het is al donker als we terugkeren naar de lodge en de savanne geluiden van de nachtdieren manen ons aan tot spoed. De jakhals laat van zich horen …
vier overnachtingen in de schitterende Dinaka Lodge en een laatste wandeling te paard groeten we onze gastheren en –dames en gaan we op weg naar Limpopo. Limpopo is het meest zuidelijk gebied van Botswana en de Limpopo rivier vormt de natuurlijke grens tussen Zuid Afrika en Botswana.
Het wordt een lange rit van 5 uur; maar het landschap is boeiend en ons groepje zinkt een beetje weg in zichzelf en neemt afscheid van Dinaka Game Reserve… Aangekomen aan de grens verlopen de grensfaciliteiten zeer snel. Het heeft hier heel lang niet geregend, dus we kunnen de droge rivierbedding van de Limpopo met de wagen oversteken. Na een rit van tien minuutjes komen we toe in Jamson Ford Camp. Dit ligt aan het begin van het Limpopo park. Een gebied van 70 000 hectares waar op z’n minst 800 olifanten leven en 10 tijgers en leeuwen. In de nabije toekomst zal het aangrenzende park in Zuid Afrika haar barrières voor de dieren wegnemen en worden de twee parken aaneengesloten: 140 000 hectares savanne, heuvels, moerasjes waar dieren vrij kunnen lopen.
Na een kennismakingsrit met de paarden komen we toe in een tentenkamp. We zien een grote restaurant tent, 5 slaaptenten met elk een mini tentje (lees: ‘sanitair-stop-tentje’) en een douchetent.
Het is al donker als we van onze sundowner genieten rond het kampvuur. De gids maant me aan mijn sandalen te wisselen voor mijn bottines en hij pikt een reuze schorpioen van de grond … Hij hoefde me dit geen twee keer te zeggen… Na een uitstekend diner, was het tijd voor ‘wilde’ verhalen rond het kampvuur. Heerlijk genieten van een waanzinnige sterrenhemel, de geluiden uit de bush en het lichte ruisen van het bladerdak van de gigantische Mashatu bomen (bomen die enkel nog in dit deel van de wereld voorkomen).
Ik moet eerlijk toegeven dat overnachten in een tent temidden van de brousse met allerlei wilde dieren geluiden op de achtergrond spannend is. Er is geen elektriciteit, maar overal staan gaslampen, toch een geruststelling als je ’s nachts wakker wordt.
We worden héél vroeg gewekt (om half vijf) omdat het een erg warme dag wordt en de gids wil voor de middag hitte terug zijn om onszelf en de paarden de rust te gunnen. De wastobbes aan de ingang van de tent zijn gevuld met warm water. Er staat een kopje dampende thee te wachten, de dag kan niet beter beginnen!
Na twee uren wandelen geven we de hoop een beetje op, naast enkele bavianen, impala’s, kudu’s, een arenduil en een ‘roller’ (een vogel die heel veel hoogte neemt en dan door middel van enkele ‘rollercast’ bewegingen naar beneden duikt) hebben we nog geen ‘groot’ wild gezien … we dwalen door opgedroogde rivierbeddingen en zien enorm veel bomen die verwoest zijn door olifanten. En dan eindelijk … een olifant. Het eerste exemplaar dat ik onder ogen krijg is een rasechte ‘Côte d’or’ olifant, zo uit een chocolade-reep-omhulsel gestapt.
Onze groep observeert en is nieuwsgierig, de gids leidt ons zo dicht mogelijk, tot de gids achteraan zachtjes fluit: ook achter ons zijn er olifanten en links van ons en rechts van ons … omsingeld door olifanten!
Op zo’n vijftig meter van ons staat een ijzeren windmolen constructie die – ondanks – de windstilte begint te bewegen. Een olifant schuurt zich langs het ijzer om het kriebelen op zijn huid te verminderen. We laten de olifanten hun gang gaan en eens zij een andere richting kiezen, kunnen we langs een corridor aan de olifanteninvasie ontsnappen. Pas drie uur later dan gepland kunnen we terug naar het tentenkamp terug.
’s Avonds, genietend van een heerlijke braai (barbecue) op het kampvuur, is er opnieuw een schitterende sterrenhemel en in de verte horen we het donderen en bliksemen (stiekem hoop ik dat het nog enkele dagen niet gaat regenen … maar de inwoners smeken voor regen …)
Bij het ochtendkrieken en een helder hemel (oef) vertrekken we op wandeling. Na een stevige galop horen we de gids achteraan fluiten en als we onze paarden stilleggen zien we dat op 100 meter van ons groepje zo’n dertig olifanten op een rijtje de vlakte kruisen. Ik voel me figurant in jungle book. Het belooft een erg interessante en ‘dier’rijke dag te worden. De gids neemt de tijd om ons te informeren over de verschillende bomen, (onder andere de ‘gele koorts’ boom, waarvan men vroeger dacht dat hij de ziekte bij mensen kon genezen) vogels- en nestsoorten (hoe de vogels een soort appartementen bouwen met aparte vakjes, waardoor het erg moeilijk wordt voor roofdieren en slangen om aan de eitjes te komen).
Van slangen gesproken: de Mozambique Spitting Cobra slingert zich tot twee keer toe voor onze voeten / euhm hoeven. Deze slang kan tot 2 meter ver haar gif spuiten en hierbij mikt ze op de ogen, dus voorzichtigheid geboden. We houden de paarden (en onszelf op een veilige afstand).
Na een deugddoende pauze onder de schaduwrijke Mashatu’s zetten we onze tocht verder tot de gids achteraan me plots aanmaant van snel onder de boom vandaan te rijden, vanwege een ‘olifant’ in de boom … (blijkbaar heb ik de olifansitis te maken) maar uit zijn driftige gebaren kon ik opmaken dat het menens is en ik leid mijn paard weg vanonder de Mashatu-boom.
Met z’n tienen (8 groepsleden en 2 gidsen voorzien van vuurwapen) staren we in het bladergewas. En ja hoor: daar hangt het te bengelen: een gele staart met zwarte vlekken. Ik ben onder een luipaard doorgereden… Het blijkt gauw genoeg dat het luipaard genoeg heeft van al dat bekijks en met een oorverdovend gegrom springt hij razendsnel uit de boom en spurt hij weg. Dit ‘life’ vastleggen op foto is helaas niet mogelijk: enkel de hals van het paard en wolken stof zijn hiervan getuige …
Op de terugweg is iedereen opgewonden over het tafereel … dit is beslist een dag om nooit meer te vergeten! De prachtige staart, het gegrom, de grote ogen, de flits, het tumult en het stof … godzijdank liet hij de paarden ongemoeid en bleven de ruiters allemaal netjes in het zadel!
Die avond slapen we in Jamsons Fort, na het stof dat we vandaag te verwerken kregen was een échte douche en een beetje luxe van harte welkom!
Opnieuw een ochtend met stralend weer. De laatste volle ruiter-safaridag. Ik geef mijn ogen de volle kost: olifanten, een groep van meer dan 50 giraffen, bavianen, impalas, kudus, aapjes, … kruisen onze wegen. Ook een landschildpad maakt verrassend haar opwachting.
De gids heeft nog iets tofs voor paardenfreaks als wij in petto: een eindeloze, razendsnelle galop, alle remmen los, volle gas over de Botswanese savanne. De paarden gaan tot het uiterste en na een kwartier belonen we onze trouwe viervoeters voor de geleverde prestatie. Ze hebben een namiddag rust meer dan verdiend!
In de namiddag pakken dikke wolken samen en het lijkt erop dat de Botswanezen hun regenfeest zullen krijgen: regen … onweer … storm. De geplande gamedrive per 4 x 4 dient jammer genoeg afgelast te worden. Maar niet getreurd, in plaats van een sundowner, drinken we met z’n allen onze raindowner voor de open haard in de lodge, met als buitendecor: gedonder en bliksem. Gezelligheid troef!
De laatste mogelijkheid om een (modder)wandeling te maken. Onderweg zien we een leguaan van een meter. Door de aanhoudende regen sedert gisterenavond zijn er erg weinig andere dieren te zien. Wat me wel zorgen wekt is de stand van het water van de Limpoporivier. Gisteren nog kurkdroog, vandaag méér dan een meter kolkend water in de rivierbedding. Met de jeep erdoor rijden zal dus niet lukken.
De andere leden van de groep die geopteerd hebben voor een rit per 4 x 4 zijn de heersers van de jungle tegengekomen: een groepje van 4 leeuwen. Wegens te gevaarlijk zijn deze per paard niet bereikbaar (en worden de leeuwen voor het vertrek van een wandeling steeds per walkie talkie door rangers aan de gidsen doorgeseind). Het rijtje van de big five (zie verder) is voltooid. En de gouden regel: “Als ze je aanvallen, maak je je beter uit de voeten of als je ze aanvalt, doe het dan in één keer goed” knoop ik in mijn oren.
Na een laatste heerlijke Botswanese brunch is de terugkeren harde realiteit. Eenmaal bij de grens aangekomen, stopt de douanebeambte me een papier om te tekenen in handen. Een document dat meldt de regering van Botswana niet verantwoordelijk is voor ongevallen van welke aard ook bij de oversteek van de Limpopo rivier. Even later werd duidelijk waarom dit document nodig was: een klein, wankel kabelliftje bracht ons en de bagage naar de overkant. Toegegeven, ik was erg blij om aan de Zuid Afrikaanse bodem onder mijn voeten te voelen.
Met pijn in het hart verlaat ik Tuli Land of the Giants … hopelijks tot gauw, tot erg gauw! Africa is calling … de roep van Afrika is onweerstaanbaar
Aan elke bestemming kan een leuk pré en/of postverblijf gekoppeld worden. We werken je reis helemaal op maat uit.
De meesten onder ons hebben eigen paarden en rijden regelmatig. We bezoeken de locaties en kunnen hierdoor informatie uit de eerste hand bezorgen.
Bij Vakantie te paard maken we een afspraak wanneer jou dat het beste past. Dat betekent ook ’s avonds of tijdens het weekend indien gewenst.
Je ontvangt van ons bij je reisdocumenten een uitgebreid roadbook van Vakantie te paard. Zo kan je in alle vertrouwen vertrekken.
Vakantie te paard
‘Vakantie te paard’ is een onderdeel van reisbureau Perlan. Wij bieden wereldwijde paardrijvakanties aan in samenwerking met In the Saddle.
Als passioneel ruiter en reiziger ben ik verheugd je te mogen laten meegenieten van al het moois dat het paardenrijk ook in de wijde wereld te bieden heeft.
Door onze website te gebruiken, ga je akkoord met ons cookiebeleid